De trekker=10
De graafmachine = 7 (let op het plaatje er staan totaal 4 graafmachines #instinker)
De grasmaaier = 2
10 + 7 x 2 krijg je dan.
Volgens de voorrangsregels in het rekenen had je eerst moeten vermenigvuldigen (7 x 2 = 14) en pas dan moeten optellen (10 + 14 = 24).
Het juiste antwoord is dus 24.